Lena, Jack en Maria waren altijd de beste vrienden geweest. Ze kenden elkaar al van kinds af aan en in de loop der jaren waren ze steeds hechter geworden. Ze waren als familie en er was niets dat ze niet voor elkaar zouden doen.
Dus toen Lena en Jack met elkaar gingen daten, was Maria dolblij voor hen. Ze hield van ze allebei en was blij ze zo gelukkig samen te zien. Maar naarmate de tijd verstreek, begon Maria te beseffen dat ze ook gevoelens voor Jack had. Ze probeerde ze eerst te negeren en hield zichzelf voor dat het verkeerd was om iemand te willen die al een relatie had.
Maar uiteindelijk kon Maria haar gevoelens niet langer ontkennen. Ze nam Lena in vertrouwen, vertelde haar over haar gevoelens voor Jack en uitte haar bezorgdheid over het verstoren van hun relatie. Tot Maria’s verbazing was Lena niet van streek. Ze moedigde Maria zelfs aan om haar gevoelens voor Jack na te jagen.
Lena wist dat zij en Jack van elkaar hielden, maar ze wist ook dat ze allebei een diepe band met Maria hadden. Ze geloofde dat ze met z’n drieën dingen konden laten werken en dat ze allemaal samen gelukkig konden zijn.
En dus, met Lena’s zegen, begonnen Maria en Jack ook te daten. In het begin was het een beetje vreemd om door hun nieuwe dynamiek te navigeren, maar ze waren allemaal vastbesloten om het te laten werken. En na verloop van tijd ontdekten ze dat ze gelukkiger waren dan ooit tevoren.
Ze hadden alle drie een toegewijde, liefdevolle relatie en ze steunden en zorgden allemaal voor elkaar op een manier waardoor ze zich echt speciaal voelden. Ze wisten dat hun relatie niet conventioneel was, maar dat kon ze niet schelen. Het belangrijkste was dat ze samen gelukkig waren.